Informatie

De Thematische Vergadering Drugs (TVD) keurt een nieuwe interfederale strategie voor een globaal en geïntegreerd drugsbeleid goed. Deze strategie is een antwoord op het evoluerende drugsfenomeen, waar de Federale Drugsnota van 2001 en de Gemeenschappelijke Verklaring van 2010 slechts beperkt aan tegemoetkomen. Ze geldt voor de periode 2024-2025 en heeft als doel om op een overkoepelende en transversale wijze een connectie te maken met reeds bestaande plannen.

Deze nieuwe interfederale drugsstrategie is een gevolg van de wetenschappelijke studie “Evaluatie van het Belgische drugsbeleid (EVADRUG)”. Deze studie hield een procesevaluatie van het globale Belgische drugsbeleid in, uitgevoerd door onderzoekers van de UGent, UCLouvain en de KU Leuven, gefinancierd door het Federaal Wetenschapsbeleid. Uit het onderzoek bleek onder meer dat de beleidsdoelstellingen in de Federale Drugsnota en de Gemeenschappelijke Verklaring op bepaalde vlakken niet altijd in lijn zijn met de huidige epidemiologische situatie of met de realiteiten op het terrein. Op basis van de aanbevelingen uit deze studie gaf de Thematische Vergadering Drugs in maart 2022 het mandaat om vanuit de Algemene Cel Drugsbeleid een vernieuwde interfederale drugsstrategie op te stellen.

De nieuwe strategie omvat alle facetten van de aanpak van het drugsfenomeen, gaande van de preventie en het beperken van risico’s en schade verbonden aan druggebruik en gedragsvormen met verslavend potentieel, tot het psychosociaal hulpverlenings- en behandelingsaanbod, en de aanpak van druggerelateerde criminaliteit en overlast. De strategie streeft naar de bescherming en de versterking van een gezonde en veilige samenleving voor iedereen, en dit door middel van een evenwichtig, globaal en geïntegreerd, intersectoraal en evidence informed drugsbeleid. Binnen de scope van deze drugsstrategie vallen producten of gedragsvormen die - bewezen of potentieel - verslavend werken en een schadelijk effect kunnen hebben vanaf een bepaalde blootstelling, zoals illegale drugs, alcohol, tabak, psychoactieve medicatie, gedragsverslavingen en andere producten met verslavend potentieel (dopingproducten, lachgas).

Volgende zes strategische doelstellingen vormen de pijlers van de nieuwe transversale en overkoepelende interfederale strategie:

  1. Het promoten en beschermen van gezondheid en welzijn. Deze doelstelling heeft tot doel het ontmoedigen en voorkomen van het (schadelijk) gebruik van verslavende middelen, het eerste gebruik zo lang mogelijk uit te stellen en de risico’s en schade van het gebruik van verslavende middelen te beperken. 
  2. De organisatie van een geïntegreerde, multidisciplinaire en herstelgerichte zorg en hulpverlening. Het doel van deze pijler is het organiseren van het noodzakelijke hulpverleningsaanbod voor mensen die zorg, behandeling of ondersteuning nodig hebben vanwege een (co-morbide) verslavingsproblematiek. Aandacht gaat naar de rol van ervaringsdeskundigen, het gezin en de directe omgeving in het zorg- en hersteltraject van een persoon met een verslavingsproblematiek.
  3. Aanpakken van risico’s en schade van illegale drugsmarkten. Deze pijler richt zich op de aanpak van illegale drugsmarkten. Hierbij wordt er gefocust op 3 factoren: verstoren, bestraffen (van personen die betrokken zijn bij druggerelateerde criminaliteit om louter winstbejag) en beschermen (van actoren die omwille van een professionele positie risico’s lopen zoals bedreigingen en corruptie).
  4. Aanpakken van risico’s en schade gerelateerd aan legale markten. Deze pijler richt zich op de aanpak van het illegale aanbod binnen legale markten, met name alcohol, tabak, psychoactieve medicatie en gokspelen. Het beoogt het welzijn en gezondheid van de bevolking a.d.h.v. een nauwgezette regulering.
  5. Het voorzien in een kwalitatieve monitoringsstrategie voor de implementatie van een integraal en geïntegreerd drugsbeleid. Het beleid moet steunen op betrouwbare informatieverzameling, -analyse en -rapportering. Het gaat hierbij zowel om continue als periodieke gegevensverzamelingen en om ad hoc wetenschappelijk onderzoek.
  6. Het verder versterken van de nationale en internationale coördinatie en afstemming met het oog op een globaal en geïntegreerd drugsbeleid. Gezien het multidimensionaal en internationaal karakter van het drugsfenomeen zijn coördinatie en afstemming cruciaal voor de ontwikkeling en implementatie van een globaal en geïntegreerd drugsbeleid.

De strategie geldt voor de periode 2024-2025, maar vervangt niet de geldende strategische nota’s en actieplannen die recent werden opgemaakt door de Algemene Cel Drugsbeleid in het kader van de aanpak van de alcohol-, tabak- en gokproblematiek, noch de geldende strategische nota’s en plannen opgemaakt door de bevoegde ministers op federaal en deelstatelijk niveau. Wanneer nieuwe plannen over dit thema op federaal en deelstatelijk niveau worden ontwikkeld, dienen deze duidelijk geënt te worden op deze transversale en overkoepelende strategie.

In 2025 zal de Algemene Cel Drugsbeleid zich engageren om opnieuw deze strategische oefening te maken, waarbij via een voorafgaande situatieanalyse, een strategisch plan met bijhorende actieplannen en een afgebakende monitoring- en evaluatiestrategie een vierjarige beleidscyclus beoogt wordt te doorlopen.

 

Volgende ministers onderschrijven de interfederale drugsstrategie:

  • Dhr. Alexander De Croo, Eerste Minister
  • Dhr. Pierre-Yves Dermagne, Vice-eersteminister en minister van Economie en Werk
  • Mevr. Hadja Lahbib, Minister van Buitenlandse Zaken, Europese Zaken en Buitenlandse Handel, en de Federale Culturele Instellingen
  • Dhr. Frank Vandenbroucke, Vice-eersteminister en minister van Sociale Zaken en Volksgezondheid
  • Dhr. Vincent Van Peteghem, Vice-eersteminister en minister van Financiën, belast met de Coördinatie van de fraudebestrijding
  • Dhr. Paul Van Tigchelt, Vice-eersteminister en minister van Justitie, belast met Noordzee
  • Dhr. Georges Gilkinet, Vice-Eerste Minister van Minister van Mobiliteit
  • Mevr. Petra De Sutter, Vice-eersteminister en minister van Ambtenarenzaken, Overheidsbedrijven, Telecommunicatie en Post
  • Mevr. Annelies Verlinden, Minister van Binnenlandse Zaken, Institutionele Hervormingen en Democratische Vernieuwing
  • Mevr. Karine Lalieux, Minister van Pensioenen en Maatschappelijke Integratie, belast met Personen met een beperking, Armoedebestrijding en Beliris
  • Dhr. Thomas Dermine, Staatssecretaris voor Relance en Strategische Investeringen, belast met Wetenschapsbeleid, toegevoegd aan de minister van Economie en Werk
  • Dhr. Jan Jambon, Minister-president van de Vlaamse Regering, Vlaams minister van Buitenlandse Zaken, Cultuur, ICT en Facilitair Management
  • Mevr. Hilde Crevits, Viceminister-president van de Vlaamse regering en Vlaams minister van Welzijn, Volksgezondheid, Gezin en Visserij
  • Mevr. Gwendolyn Rutten, Viceminister-president van de Vlaamse Regering, Vlaams minister van Binnenlands Bestuur, Bestuurszaken, Inburgering en Gelijke Kansen
  • Dhr. Ben Weyts, Viceminister-president van de Vlaamse Regering, Vlaams minister van Onderwijs, Sport, Dierenwelzijn en Vlaamse Rand
  • Mevr. Zuhal Demir, Vlaams minister van Justitie en Handhaving, Omgeving, Energie en Toerisme
  • Dhr. Jo Brouns, Vlaams minister van Economie, Innovatie, Werk, Sociale Economie en Landbouw
  • Mevr. Christie Morreale, Vice-Voorzitter en Waals minister van Tewerkstelling, Vorming, Gezondheid, Sociale Actie, Gelijke Kansen en Vrouwenrechten
  • Mevr. Françoise Bertieaux, Minister voor de Federatie Wallonië-Brussel van Hoger Onderwijs, Onderwijs voor sociale promotie, Wetenschappelijk Onderzoek, Universitaire Ziekenhuizen, Jeugdwelzijn, Huizen van Justitie, Jeugd, Sport en Promotie van Brussel
  • Mevr. Barbara Trachte, Minister-Voorzitter van het College van de Franse Gemeenschapscommissie, belast met Gezondheidspromotie, Gezin, Begroting en Openbaar Ambt
  • Dhr. Alain Maron, Minister van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering, belast met Klimaattransitie, Leefmilieu, Energie en Participatieve Democratie, Lid van het Verenigd College van de Gemeenschappelijke Gemeenschapscommissie, belast met Gezondheid en Welzijn
  • Mevr. Elke Van den Brandt, Minister van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering, belast met Mobiliteit, Openbare Werken en Verkeersveiligheid, voorzitter van het College van de Vlaamse Gemeenschapscommissie, belast met Begroting, Welzijn, Gezondheid, Gezin en Stedelijk Beleid, lid van het Verenigd College van de Gemeenschappelijke Gemeenschapscommissie, belast met Gezondheid en Welzijn
  • Dhr. Rudi Vervoort, Minister-president van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering, belast met Territoriale Ontwikkeling en Stadsvernieuwing, Toerisme, de Promotie van het Imago van Brussel en Biculturele Zaken van gewestelijk Belang
  • Herr Antonios Antoniadis, Vize-Ministerpräsident, Minister für Gesundheit und Soziales, Raumordnung und Wohnungswesen

Extra informatie